Muziek


VERKOOP JE LIED


Met 'Verkoop je lied' geven je leerlingen als het ware een liedbespreking voor hun klasgenoten. Geschikt voor groep 7 en 8.


De kinderen gaan een soort ‘Liedbespreking’ maken. Dit is vergelijkbaar met een boekbespreking, maar dan over een nummer wat de leerlingen zelf heel bijzonder vinden. De leerlingen krijgen de tijd om het te laten horen en daarna vijf minuten om iets er over te vertellen. Deze activiteit heet niet voor niets ‘Verkoop je lied. Het is niet de bedoeling dat er droog over het lied wordt gesproken. De bedoeling is dat de leerling probeert anderen ervan te overtuigen hoe speciaal dit lied is.


Aan deze liedbespreking worden natuurlijk ook eisen gesteld. Zo moeten de leerlingen echte informatie geven. Bijvoorbeeld iets vertellen over de artiest, het onderwerp van het lied, de muzikale stijl waarbinnen het nummer past, wanneer het lied is geschreven, of het ook door andere artiesten is uitgevoerd en dergelijke.


MUZIEKLES OVER DE MOL


Op donderdagmiddag sta ik tegenwoordig in de kleutergroep. Op het programma staan beginnende geletterdheid, muzikale vorming en werken in hoeken. Zo leuk! Het liefst combineer ik de verschillende vakgebieden met elkaar en de vaste leerkracht geeft me daarin alle vrijheid. Zo ook afgelopen donderdag.


De kinderen leerden de ‘o’ en als voorbeeldwoord koos ik de ‘mol’. Het is tenslotte herfst en bij de mol wist ik nog wel een heel leuk liedje!


Behalve alleen dat er in ‘mol’ een ‘o’ zit, leerden we ook dat mollen in gangenstelsels onder de grond leven en molshopen maken. En ook dat ze slechtziend zijn, maar heel goed kunnen ruiken. Het sloot allemaal perfect aan bij het liedje ‘Onder de grond’.


Met een paar keer oefenen (hoog zingen, laag zingen, hard zingen, zacht zingen, langzaam zingen, snel zingen) konden de kleuters het lied prima ten gehore brengen als ik hielp met de ondersteunende bewegingen. Maar hoe moest dat nou als hun juf met ze wilde zingen? Of als ik zelf mee wilde spelen op de gitaar?


We probeerden of het mij lukte gitaar te spelen en de bewegingen te maken tegelijkertijd, maar kwamen tot de ontdekking dat de juf dat niet kon.


Weet je wat? We maken foto’s van de bewegingen!


We zongen het lied nog één keer heel langzaam waarbij ik de leerlingen fotografeerde. Daarna was het alweer tijd voor kiezen-werken.


Ik nam een groepje uit groep 2 apart. We herhaalden wat we over de mol hadden geleerd en besloten zelf ook een gangenstelsel te maken. Intussen waren de foto’s uitgeprint. Aan de kinderen de opdracht de foto’s in de juiste volgorde van het liedje te leggen. Ze werkten samen en het ging snel goed!


Net als een echte mol maakten we daarna gangen door de grond en verstopten we ons liedje in de holletjes die de mol had gemaakt. En weet je wat? Daarna hadden ze geen hulp meer nodig met zingen. Ze konden het alleen.


Helaas was de tijd om en kwam de echte kleuterjuf terug voor we ons gangenstelsel helemaal af konden maken. Ze beloofde ons er de dag erna met de kinderen aan verder te werken.


Wat een verrassing toen ik op vrijdag in mijn eigen groep (op dat moment 7-8) werd verrast door een groepje kleuters! Ze lieten mij hun gangenstelsel zien waar ze gras én en molshoop bij hadden gemaakt en zongen zonder hulp het liedje, door groep 7-8 beloond met een gigantisch applaus.


In deze activiteit hebben we gewerkt aan zingen, bewegen op muziek en op een heel laagdrempelige manier ook het noteren van muziek. Oh ja, en we hadden ook nog over de mol geleerd en de letter ‘o’.


Klik hier voor liedbundel Eigenwijs met het liedje 'Onder de grond' op Bol.com.


KLAP SPELLETJES


Kun je je nog herinneren dat je vroeger klapspelletjes met vriendinnen deed op het schoolplein. Tegenwoordig zijn klapspelletjes nog steeds razend populair. Het zijn echter niet meer de spelletjes van vroeger. Kijk hieronder voor ideeën hoe je moderne klapspelletjes aan je groep kunt leren.


The cup song:

Het liedje 'When I'm gone' is bekend geworden door de film Pitch Perfect. Bij het liedje hoort een klapritme met een bekertje. Je hebt het vast al eens gehoord. Het klapritme alleen uitvoeren is leuk, maar het kan nog veel leuker. Je kunt er namelijk ook groepsactiviteiten mee doen.

Klik hier voor ideeën.


Boom snap clap:

Boom snap clap, b-boom snap clap-snap, boom snap clap b-boom snap shhh. Zo gaat de boom snap clap. Een hartstikke leuk (en best moeilijk) klapritme. Maar als je het even oefent kun je het met je linkerhand, je rechterhand, beide handen, overkruist en zelfs met je voeten.

Klik hier voor ideeën.


The sevens game:

Leuk spelletje voor wanneer je nog even met je groep ergens op moet wachten, of om aan te leren op het schoolkamp. Een klapritme met telkens zeven tellen, dat steeds meer uitbreidt. Niet heel ingewikkeld, totdat je het snel probeert.

Klik hier voor ideeën.


En nog veel meer:

Hebben jij en je klas er nog niet genoeg van? Voor meer van dit soort klap- en cupspelletjes bekijk je de instructie filmpjes van Ids Splash op youtube.

Klik hier om hun youtube kanaal te bezoeken.



SNEEUWWITJE IN MUZIEK


Met deze activiteit laat je de kinderen een vertaal vertellen met behulp van muziekstukken. In een vrij laagdrempelige opdracht, komen de kinderen in aanraking met vijf bekende klassieke meesterwerken.


Je herhaalt kort het verhaal van sneeuwwitje met de kinderen en deelt het op in vijf episodes.

De namen van de episodes schrijf je op het bord.

* De toverspiegel (Tsjaikovsky – The Nutcracker Snowflakes)

* De zeven dwergen (Entry of the Gladiators – Julius Fucik)

* De boze heks (Bach – Toccata and fugue)

* Sneeuwwitje is dood (Moonlight Sonata – Ludwig Beethoven)

* Sneeuwwitje en de prins (Tsjaikovsky – Sleeping Beauty Waltz).


Vervolgens laat je in willekeurige volgorde de vijf klassieke muziekstukken horen. Ieder muziekstuk correspondeert met een episode. Kunnen de kinderen bedenken waarom een muziekstuk bij een bepaald plaatje hoort? Laat het ze opschrijven op een blaadje.


Bij de bespreking laat je het muziekstuk nog eens horen. Misschien dat de kinderen er anders over denken, wanneer ze alles al hebben gehoord. In deze opdracht zijn er in principe geen goede of foute antwoorden. Het is wel belangrijk dat de kinderen een goede motivatie kunnen geven waarom ze een bepaald muziekstuk wel of niet erbij vinden passen.


Klik hier om Waltz of the Snowflakes via youtube te beluisteren.

Klik hier om Entry of the Gladiators via youtube te beluisteren.

Klik hier om Toccata and fugue via youtube te beluisteren.

Klik hier om Moonlight Sonata via youtube te beluisteren.

Klik hier om Sleeping Beauty Waltz via youtube te beluisteren.

Klik hier om het verhaal van Sneeuwwitje te downloaden.



MUZIEK UIT OUDE ROMMEL


Laat de kinderen in deze muziekles kennis maken met muziek die niet met instrumenten, maar met oude rommel wordt gemaakt. Zo leren de kinderen dat je ook met goedkoop materiaal heel muzikaal kunt zijn.


Inleiding:

Zorg dat de kinderen in de dagen voorafgaand aan de muziekles rommel van thuis mee hebben genomen, maar vertel ze nog niet waarom ze die mee moeten nemen. Laat hen daarna een filmpje van 'Stomp' zien. Waarschijnlijk begrijpen ze het dan al.


Kern:

Laat de kinderen in groepjes met de rommel en andere 'instrumenten' uit de klas (zoals een bezem, vuilnisbak, emmer o.i.d.) een muziekstukje maken. Stel als eis dat ze er een vorm van grafische notatie bij maken, zodat ze met hun muziekstukje mee kunnen lezen. Laat daarna alle groepjes hun muziekstukje opvoeren.


Afsluiting:

Leer de kinderen het lied 'muziek uit oude rommel'. Zing het enkele keren met ze, en laat steeds andere kinderen geluiden maken met de 'oude rommel'.


De tekst en bladmuziek van dit lied zijn te vinden in 'Eigen-wijs, liedbundel voor het basisonderwijs' van de SMV.


Klik hier om 'Eigenwijs' te bestellen via bol.com



RITME SUGGESTIES


Wellicht heb je iets aan deze kaarten met ritme suggesties. Het zijn geen 'echte' ritmes, maar grafische notaties. Dat wil zeggen dat er geen traditioneel notenschrift wordt gebruikt, maar het ritme duidelijk wordt gemaakt met een plaatje.


Ik heb de kaarten gelamineerd in mijn klas liggen. Ik deel ze soms uit samen met een instrument en laat de kinderen op dat instrument dit ritme bespelen. Het gaat er dan niet om of ze dit 'goed' of 'fout' doen, maar dat ze kunnen uitleggen waarom dit geluid bij dat plaatje past. Zo leren ze spelenderwijs muziek met notatie te verbinden.


Klik hier om de ritme suggestie kaarten te downloaden.



WEES MIJN ECHO


In dit liedje leren de kinderen van de onderbouw wat een echo is aan de hand van een ontzettend schattig liedje van Ieniemienie en Elmo van Sesamstraat. Dat kan alleen maar tot een succesvolle les leiden!


De kinderen zitten in de kring. Introduceer het woord ‘echo’. Is er een kind dat weet wat een echo is? Zo niet, dan legt de leerkracht uit wat het betekent. Een echo is een stem die je nazegt. Laat dan het fragment van Sesamstraat zien. Zing vervolgens zelf nog eens het lied voor de kinderen. Vertel hen dat als je heb aanwijst, zij je na moeten doen. Op die manier zing je het lied meerdere malen. Je moedigt de leerlingen aan om ook de rest van het lied mee te zingen.


Varieer steeds in geluiden die de leerlingen moeten na-apen, bijvoorbeeld: Tingelingeling, ding-dong, Doebediedoep, Lalala, Spitter-spetter-spat, Fiedeldiedie, Boink, Tralalie, Hatsjie, Rikketikketik, Hupsakee, Prrrrrrt, Boem, Tsjongejongejonge, Oeioeioei.


Klik hier om het fragment 'Wees mijn echo' uit Sesamstraat te bekijken via youtube.


Tip: Op youtube kun je ook een versie van dit lied vinden met Ernie (van Bert) en één met Ernst Daniël Smid (de echte). De moeite waard om eens te bekijken.



VARIATIE IN MUZIEK


Met de kinderen wordt over ‘variatie’ gesproken. Middels het plaatje hierboven maak je het begrip 'variatie' duidelijk voor de kinderen. De vorm ervan is hetzelfde, maar ze worden op een andere manier ingevuld. Ervaar met de kinderen hoe variatie invulling krijgt in de muziek.


Laat de kinderen dan het ‘thema’ horen. Het is het lied ‘Ah! Vous dirai-je, maman’ van Mozart, een Franse variant van ‘Altijd is Kortjakje ziek’. Vertel de kinderen dan dat Mozart telkens een verandering maakte aan dit muziekstuk, waardoor het interessant bleef. Laat achtereenvolgens de verschillende variaties van het stuk horen (het zijn er twaalf, maar je hoeft ze niet allemaal te beluisteren). Tussendoor wordt er telkens een gesprek met de leerlingen gevoerd over wat er nu precies is veranderd.


Vertel de kinderen dan dat veel artiesten covers uitbrengen. Dat is dan hun eigen versie van het lied van een ander. Kennen de kinderen ook wel covers? Beluister samen met hen de drie versies van ‘What a wonderfull world’. Kunnen de kinderen ook hier de verschillen in stijl benoemen. Denk aan de zangstem, de instrumenten, het tempo, maar zelfs de melodie en tekst.


Klik hier om 12 variaties van 'Ah! Vous dirai-je, maman' te beluisteren via youtube.

Klik hier, hier en hier om variaties van 'What a wonderful world' te beluisteren via youtube.



MUZIEKLES IN SESAMSTRAAT


Ik deelde eerder al de muziekles 'wees mijn echo' gebaseerd op het liedje gezongen door Ieniemienie en Elmo uit Sesamstraat. Op internet vond ik echter nog een aantal andere liedjes uit deze vrolijke kindershow, die je zó in je muziekles kunt gebruiken. Hieronder een overzicht.


Waarom zing je zo traag vandaag:

Met dit liedje oefen je met de kinderen wat het begrip langzaam/traag in de muziek inhoudt, hoe verdrietige muziek klinkt en hoe je muziek kunt versnellen.


Klik hier om 'waarom zing je zo traag' via youtube te beluisteren.


Ik kan zingen:

In dit liedje komt een hele schare aan muzikale begrippen aan bod (hoog, laag, snel, traag, zacht, hard, triest, blij) aan bod en worden ze speels uitgelegd door Tommie en gast Miss Motreal.


Klik hier om 'ik kan zingen'  via youtube te beluisteren.


Acht heerlijke tonen:

In dit liedje leren de kinderen de notenbalk kennen en leren ze spelenderwijs dat het er acht zijn. Leuk aangeboden door Graaf Tel.


Klik hier om 'acht heerlijke tonen' via youtube te beluisteren.



GELUIDSPATROON


Dat kinderen geen traditionele noten kunnen lezen, is geen excuus om niet met muzieknotatie aan de slag te gaan. Juist doordat kinderen niet belemmerd worden door de kennis van het traditionele notenschrift, zal deze opdracht tot hele creatieve resultaten leiden.


Laat de kinderen een van de onderstaande afbeeldingen zien. Zeg dat ze een muziekstuk gaan schrijven bij deze 'noten'. De verschillende kleuren kunnen staan voor tempo verschillen, hoogte verschillen of zelfs verschillende instrumenten. Dat mogen de knderen helemaal zelf weten. Geef ze instrumenten en laat ze zonder al te veel instructie in groepjes aan de slag gaan. Je zult zien dat ieder groepje aan het eind van de activiteit met een ander muziekstuk eindigt.


Tip: Probeer het daarna eens andersom. Laat een muziekstuk horen waar de kinderen 'noten' bij maken. Ook hier zullen de verschillene resultaten je verbazen.


Klik hier om de voorbeeldkaarten 'geluidspatroon' te downloaden.


RITMES KLAPPEN


Besteed jij in de muzieklessen aandacht aan het traditionele notenschrift? Ik wel. Vanaf groep 3 begin ik met het klappen van ritmes met 'echte' noten.


Eerst noteerde ik de ritmes op het bord, maar daar ging telkens veel tijd in zitten. Daarom heb ik nu een presentatie gemaakt waarin verschillende ritmes de revue passeren. Je kunt deze klassikaal klappen of het door een leerling tegelijk laten doen.


Klik hier om de presentatie te downloaden.


HUP HOLLAND HUP


Ook al ben ik helemaal geen voetbalfan, toch vind ik een EK of WK altijd een gezellige tijd. In de klas besteed ik er dan ook altijd aandacht aan, bijvoorbeeld in de muziekles. Ik heb een paar leuke WK meezingers op een rij gezet. Het zijn twee nieuwe liedjes en een klassieker!



Festa:

Klik hier om de liedtekst te downloaden.

Klik hier om het liedje te beluisteren via youtube.


Oranje wordt kampioen:

Klik hier om de liedtekst te downloaden.

Klik hier om het liedje te beluisteren via youtube.


Wij houden van oranje:

Klik hier om de liedtekst te downloaden.

Klik hier om het liedje te beluisteren via youtube.





IK HOOR, IK HOOR, WAT JIJ NIET HOORT


Met het muzikale spelletje 'ik hoor, ik hoor, wat jij niet hoort' oefenen kinderen het gebruik van woordenschat rondom muziek op een laagdrempelige manier.


Het spel werkt net zoals 'ik zie, ik zie, wat jij niet ziet', alleen nu met geluiden. Jij, of een van de kinderen kiest een geluid uit en maakt er een raadsel van door bijvoorbeeld te zeggen: "Ik hoor, ik hoor, wat jij niet hoort en het klinkt hoog / komt van ver weg / is heel zachtjes."  Vinden de kinderen dit moeilijk, besteed dan eerst tijd met hen aan het luisteren naar de geluiden in de klas wanneer niemand praat.




BREMER STADSMUZIKANTEN


Ken je het sprookje van de Bremer Stadmuzikanten. Het gaat over vier dieren die elkaar onderweg tegenkomen en samen op reis gaan en muziek maken. Alleen stellen de dieren niet veel voor, maar samen als een team schrikken ze zelfs rovers af. Ik heb er een muzikale activiteit bij bedacht voor het jonge kind.


Bekijk samen met de kinderen het filmpje waarin het sprookje van de Bremer stadsmuzikanten wordt verteld. Praat over de diepere betekenis van dit sprookje. Het gaat er om dat je samen sterk bent. Leg aan de kinderen uit dat het met muziek ook zo werkt. Je kunt nog zo mooi alleen muziek maken, het is altijd tientallen keren leuker wanneer je het samen doet.


Dan begin je met de activiteit. Op de tafel van ieder kind ligt een instrumentje. De afspraak is echter dat de kinderen het niet mogen aanraken (dat is al een hele klus op zich). Vervolgens loopt de leerkracht kris kras met een trom door de klas en slaat hij een ritme. Stopt hij bij de tafel van een kind, dan betekent dit dat het kind achter de leerkracht aan mag sluiten en hetzelfde ritme mee mag spelen. De leerkracht gaat zo alle tafels langs tot alle kinderen in de rij meelopen.


Deze activiteit kun je daarna nog zo vaak herhalen als je wilt, steeds met een ander ritme en met andere instrumenten. Een tip voor de leerkrachten die niet zo veel instrumentjes ter beschikking hebben: laat de kinderen die geen instrument hebben mee klappen.


Klik hier om het sprookje van de Bremer Stadsmuzikanten via youtube te bekijken.



CITO BLUES


Deze les heeft als onderwerp het muzikale genre Blues. In deze les wordt het lied ‘M’n tante d’r bloes’ gebruikt als voorbeeld. Het is belangrijk dat de kinderen voorafgaand aan deze activiteit de melodie van dat lied al kennen. Zorg ook dat deze activiteit plaatsvindt rondom de Citotoets (in groep 8) of de Entreetoets (in groep 7).


De leerkracht geeft de leerlingen informatie over de muziekstijl Blues. Het is een stijl die ontstond aan het begin van de twintigste eeuw onder de slaven in Amerika. Deze mensen hadden het zwaar en er ontstond een soort klaagmuziek. Bluesmuziek gaat altijd over alledaagse zaken en helpt de mensen hun pijn hierover een te verzachten. Later zijn vanuit Blues andere muzikale genres ontsprongen.


Met de kinderen wordt een voorbeeld van bluesmuziek geluisterd. Daarna wordt met de kinderen het lied ‘M’n tantes blues’ gezongen. Nu krijgen de leerlingen van de leerkracht de opdracht om op de melodie van dit lied een nieuwe blues te schrijven, waarin wordt geklaagd over de Cito toets.



MEERTALIGE CANON


Vader Jacob is een bekend lied is, over geheel de wereld. Het lied bestaat namelijk in wel meer dan dertig talen. Als je de kinderen dit in vier talen aanleert, kun je het als een meertalige canon zingen. Geschikt voor groep 8.


Om het enigszins eenvoudig te houden, zijn de talen Nederlands, Duits, Engels en Frans. De leerkracht deelt een blad uit waarop de tekst van het lied in die vier talen staat. Eerst wordt met de hele klas het lied in alle talen geoefend.


Daarna wordt de groep in vieren gedeeld, en krijgt ieder deel één taal toegewezen. De leerlingen oefenen in hun groepje, tot ze de tekst foutloos kunnen zingen. Vervolgens wordt met de gehele groep tegelijk gezongen, in de verschillende talen. De kinderen moeten er op letten dat ze zich niet laten afleiden. Als de leerlingen dit onder de knie hebben, is het de bedoeling dat dit lied meertalig in een canon wordt gezongen.


Klik hier om de teksten te downloaden.



EEN KLAS VOL DIRIGENTEN


Beluister klassieke muziek met je kleuters en leer ze het verschil tussen staccato en legato muziek.


Kom als dirigent de klas in. Doe een strikje aan en zet een ander stemmetje op. Wanneer de muziek begint, begin jij met je stokje het muziekstuk te dirigeren. Maak er een pompeus gebeuren van, met veel overdreven bewegingen en een diepe buiging aan het eind.


Praat met de kinderen over de dirigent. Weten ze wie hij is en wat hij doet? Deel nu aan alle leerlingen een stokje uit. Hoe zou je snelle korte tonen dirigeren? Laat de kinderen het voordoen, terwijl de leerkracht staccato zingt. En hoe zou je langzame lange tonen dirigeren? Doe hetzelfde, nu legato.


Dan gaan de leerlingen zelf dirigeren. De leerkracht zet een aantal klassieke muziekstukken op waarin afwisselend legato en staccato elementen voorkomen. De leerlingen dirigeren deze en maken aan het eind ook zo’n mooie buiging.


Klik hier om Sekunden Polka van Strauss (staccato) via youtube te beluisteren.

Klik hier om Second Walz van Shostakovich (legato) via youtube te beluisteren.

Klik hier om Pizzicato van Delibes (afwisselend staccato en legato) via youtube te beluisteren.



LIEFDESDUET


Met deze activiteit herkennen kleuters het verschil tussen hoog en laag. Ook komen ze in aanraking met muziek uit een heel ander genre, namelijk opera.


Als voorbereiding zet je een aantal klassieke duetten klaar. Onder aan dit artikel vind je suggesties. Ook zorg je voor een poppenkast met een mannelijke en vrouwelijke pop.


Begin de activiteit door achter de poppenkast te gaan zitten. Laat Jan en Katrein Klaassen allebei liedjes zingen. Jan Klaassen heel laag en Katrein heel hoog. Kunnen de kinderen een verschil horen in de stemmen van Jan (man) en Katrein (vrouw)? Bespreek kort dat vrouwen een hogere en mannen een lagere stem hebben.


Laat daarna steeds twee kinderen plaats nemen achter de poppenkast. Zij gaan de mannenstem en de vrouwenstem visueel maken voor de rest van de klas, terwijl de leerkracht de klassieke duetten laat spelen.

Een jongen speelt steeds Jan Klaassen in de poppenkast en een meisje Katrein. Jan Klaassen mag alleen maar zichtbaar zijn voor de klas wanneer er een mannenstem te horen is. Dan moet hij natuurlijk ook goed mee-playbacken. Voor Katrein geldt hetzelfde alleen omgekeerd. Laat bij ieder muziekstuk twee nieuwe leerlingen aan de beurt.


Klik hier om Papageno Papagena van Mozart via youtube te beluisteren.

Klik hier om Romeo et Juliet van Gounod via youtube te beluisteren.

Klik hier om La Traviata van Verdi via youtube te beluisteren.



RAIN WAVE


Heb je wel eens een Rain Wave gezien? Dit is een leuke groepsbindende, maar ook muzikale activiteit voor alle leeftijden waarin een regenstorm wordt uitgebeeld.


Begin met een inleidend gesprek over de onweersbui. Wat weten de kinderen er zelf al over te vertellen?

Daarna kun je beginnen. De kinderen staan in een kring. De leerkracht zit er bij en doet een geluid voor, en als ware in een wave gaat dit geluid met de klok mee. De kinderen blijven het geluid maken, tot er een nieuw geluid langskomt.


Dit zijn de bewegingen: Eerst in de handen wrijven,  dan in de vingers knippen, en daarna op de knieën slaan. Spring nu af en toe met de hele groep tegelijk. Dan weer op de knieën slaan, erna in de vingers knippen en later in de handen wrijven. Tenslotte een boog met de handen maken, alsof het zonnetje schijnt.

Wanneer er de mogelijkheid is, neem het geluid dan op, en laat het de kinderen daarna horen. Vinden zij het klinken als een onweersbui of woeste storm?


Klik hier om een filmpje te bekijken waarin de Rain Wave wordt uitgebeeld.



TEKST VERGETEN


Met deze muzikale activiteit voor de groepen 7 en 8, wordt de kinderen het verschil tussen melodie en tekst duidelijk. En je hebt er helemaal geen materiaal voor nodig.


Je zingt een bekend kinderliedje voor, bijvoorbeeld ‘kortjakje’, maar zingt dit op de melodie van ‘hoedje van papier’ en vraagt aan de kinderen wat ze hebben gehoord. Sommigen luisteren naar de tekst en anderen naar de melodie. Beide antwoorden zijn goed.


Vervolgens vraagt de leerkracht of de leerlingen dit ook zouden kunnen met een liedje. Waarschijnlijk ontdekken de kinderen dat dit te moeilijk is. Dan pas je de opdracht aan. Misschien kunnen de kinderen wel de kinderliedjes zingen met als tekst een verzonnen zin of woord.


Dan begint het spel. Een kind krijgt een kaartje met daarop de naam van een liedje. Zelf of met hulp van het groepje, verzint hij of zij een woord of zin waarop hij dit liedje gaat zingen. De rest van de kinderen in de klas moeten raden welk liedje deze persoon zingt. Wanneer je een woord neemt dat eigenlijk in een ander liedje thuishoort, maak je het extra moeilijk.



RIKKETIKKETIK


Met deze muzikale activiteit leer je de kinderen hoe ze geluiden harder (crescendo) en zachter (decrescendo) kunnen laten worden. Geschikt tot en met groep 4. Het enige wat je nodig hebt, zijn ritme-instrumenten en een paraplu.


Roep de kinderen bij elkaar om samen regengeluiden te maken. Gebruik daarvoor ritme-instrumenten en de handen. Laat de kinderen in een klassengesprek de verschillende soorten regen verwoorden. Lekker hard regenen, of juist zachtjes? Dat laatste zal moeilijker zijn. Bespreek hoe je de geluiden het best kunt maken. Tik, ritsel en speel met de kinderen mee.


Introduceer dan de 'magische' paraplu. Hanteer vanaf dan de volgende afspraak: Hoe verder je de paraplu opendoet, hoe harder het gaat regenen. Wanneer je de paraplu dichtdoet gaat het zachter regenen. Het zachter worden is altijd lastig. Besteed daar extra aandacht aan. Als de paraplu dichtzit, stopt de regen.


Hartstikke leuk is het om daarna een kind de 'dirigent' te laten zijn en de paraplu te laten bedienen.



SCHUDEIEREN


Wanneer ik in de muziekles instrumenten gebruik, vind het ik het altijd leuk wanneer alle kinderen mee kunnen doen. Helaas hebben de meeste scholen daar niet genoeg instrumenten voor. Daar heb ik een oplossing voor bedacht. De kinderen die geen 'echt' instrument kunnen gebruiken, krijgen namelijk een zelfgemaakt schudei van mij.


De schudeieren maak ik van de eitjes die binnenin een chocolade verrassingsei zitten. Omdat ik zelf niet zo veel chocolade eet, vraag ik rond kerst of pasen of kinderen deze eitjes voor mij willen verzamelen. De surprise kunnen ze er uit halen, ik hoef alleen de 'schaal'.


De bedoeling is dat je deze eitjes vult met materiaal, waardoor het een mooi geluid geeft, als je ermee schudt. Ik vind persoonlijk rijst heel mooi klinken. Je zou ook zout kunnen gebruiken, maar dat geeft wel een zacht geluid. Als je voor een 'vulling' hebt gekozen, dan zet je het ei weer stevig in elkaar en draai je er een gekleurd plakbandje om. Klaar is kees.


 Sint 2020 Sint 2020